top of page
Foto van schrijverTessa van Rossen

Je verwachtingen naar het kerkhof brengen


We leven allemaal bewust en onbewust met verwachtingen. Hoe zou het leven moeten zijn? Hoe moeten de mensen om ons heen met ons omgaan? Wat willen we ervaren? Verwachtingen stimuleren ons om te zoeken naar manieren om deze verwachtingen te laten uitkomen. Om onze achterliggende behoeften te bevredigen.


Soms kunnen deze verwachtingen onszelf overstijgen en geprojecteerd worden op andere mensen… een gevaarlijk terrein! Want op anderen hebben we geen tot minimale invloed… en wat als je toch denkt dat je jouw verwachtingen kunt afdwingen, opleggen of kunt realiseren ten opzichte van een ander? Dan raken we vaak gefrustreerd, teleurgesteld, boos of gekwetst!


Dus hoe begraaf je bepaalde verwachtingen op het kerkhof en hoe voorkom je dat je verwachtingen jou achtervolgen als uitgegraven zombies?


Wanneer je een kind hebt gekregen dat doofstom geboren is moet je leren accepteren dat het niet kan horen en praten. Je kunt net zo vaak zeggen, roepen of schreeuwen dat het kind MOET leren horen. Maar dat kan het niet. We begrijpen vervolgens dat we moeten leren accepteren dat het kind nu eenmaal zo is, het niet kán. We rouwen om onze wensen en het verlies van de verwachtingen. Vervolgens ‘begraven’ we deze verwachtingen.


Het is dan niet zo, dat na tien jaar deze verwachtingen spontaan als een soort zombies opstaan en je plots weer begint te roepen tegen het kind ‘leer nou eens je oren te gebruiken!’. Je weet; deze verwachting zal niet uitkomen. Hij blijft begraven.


Ik zie helaas in de praktijk bij ouders regelmatig dat ze de beperkingen van hun kind niet kunnen accepteren. Dat ze rouwen om het verlies van hun verwachtingen. Dat er verwijten ontstaan door het ‘zien/interpreteren’ van onwil of onvermogen in de kinderen. Dat er dwang of juist please gedrag ontstaat om de kinderen over te halen zich te gaan gedragen naar die verwachtingen. Echter wat als je kind een eigen persoonlijkheid ontwikkelt. Een waar je niet zo blij van wordt. Of misschien zelfs een lichte afkeer van ervaart. Hoe ga je hiermee om?


Elisabeth Kubler Ross (bekende psychiater) sprak ooit eens in een lezing over een moeder die haar zoon was verloren. Deze moeder gaf aan dat zij jarenlang had gevit op haar zoon: ‘Trek nou eens een overhemd aan in plaats van dat vale oude verwassen t-shirt!’ Ze schaamde zich voor zijn uiterlijk. Hij droeg altijd en alleen maar dat vale verwassen shirt! Toen hij echter onverwacht stierf heeft ze hem begraven in dat shirt. Het was een onderdeel van wie hij was. Pas toen hij was gestorven accepteerde zij zijn liefde voor dat t-shirt en mocht het er helemaal zijn.


Het zou zonde zijn als je wacht met het waarderen van iemand tot na diens dood. En toch is het vaak zo dat slechts de dood ons leert de positieve kanten van iemand te zien. Bij leven struikelen we vaak over onze verwachtingen en focussen we ons op de ander die aan deze verwachting zou moeten voldoen.


Dit geldt voor onze verwachtingen ten opzichte van onze kinderen, partners, familieleden en feitelijk iedereen waarmee we in relatie zijn!


Het loslaten van verwachtingen is het leren je bezig houden met jouzelf. Wat maakt dat je deze verwachtingen hebt? Wat maakt dat jij ‘het beste’ weet wat voor de ander goed is?


Wanneer je ouder wordt heb je de zorg voor je kind en deze zorg biedt je naar beste vermogen. Naar mate je kind ouder wordt krijgt je kind steeds meer behoefte om die zorg en behoeften zelf in te kleden. Wat jij denkt dat een goed beroep is, is wellicht afschuwelijk voor je kind. Seksualiteit, voorkeuren, smaken, manieren van communiceren. Het kan overeenkomen maar ook enorm verschillen. Kun jij je kind de ruimte geven om zichzelf te worden. En toch ook de grenzen en kaders vasthouden waarbinnen je kind zich kan ontwikkelen. Dit is een afstemmingsproces. Geven en nemen. Verwachtingen bijstellen maar ook bepaalde kaders vasthouden.


Zo vertelden twee ouders mij over hun ‘mislukte zoon’. Zij hadden vijf kinderen. Vier van hen hadden een respectabel beroep, een gezin, een eigen huis etc. Alleen één zoon was een beetje een afvallige. Hij reed in een oude auto rond. Had af en toe een baan. Hij had gen koopwoning. Reisde veel en deed precies wat hij wilde. Ze hadden het gevoel dat hij ‘mislukt’ was. Ze maakten zich zorgen of het wel goed zou komen met hem! Hij had geen toekomstplannen, geen verzekeringen en ‘deed maar wat’ in hun ogen. Op mijn vraag: ‘is hij gelukkig?’. Keken ze me wat verschrikt aan. Na enige tijd antwoordden zij mij. ‘Ja hij is wel gelukkig ja’. ‘Eigenlijk is hij misschien wel het gelukkigst van al onze kinderen’. Want alle kinderen ervoeren spanningen in hun georganiseerde leven. En hun ‘afvallige zoon’ die deed wat hij wilde, was echt oprecht gelukkig!


Deze vraag keerde hun visie om: Van afvallige zoon werd hij hun ‘gelukkige’ zoon. Een zoon die dus succesvol was op een manier die ze zich nooit hadden kunnen indenken. Een

manier die hun verwachtingen oversteeg!


Meer verwachtingen…


Zo zien we wellicht dat onze verwachtingen van de opvoeding van onze ex niet stroken met de realiteit. We willen wellicht praten of de ander overreden om toch ònze regels toe te passen.


Of we willen onze (nieuwe) partner over halen om toch anders om te gaan met die situatie op zijn werk. Of zelfs met diens kinderen.


Ook hier zie je dat we willen bepalen voor de ander wat werkt en niet werkt. Dat we onze voorkeuren en verwachtingen projecteren op de ander en ons bezig houden met diens zaken. Dat brengt ons vanzelfsprekend bij ons zelf vandaan. Het brengt ons bovendien in een hele machteloze positie! Want op de ander hebben wij geen invloed. Onze pogingen een ander te beïnvloeden hebben geen of slechts gedeeltelijk effect. En bovendien,  ‘wie zijn wij?’ om voor een ander te bepalen wat goed voor hem is. En wat is ons achterliggende doel? Welke behoefte in onszelf proberen wij te vervullen? Willen we door de ander te beïnvloeden onszelf ‘veiliger’ voelen? Ons nodig maken? Wat is het dat ons drijft invloed op de ander uit te oefenen? Ik zie vaak dat mensen die proberen controle te krijgen over andere mensen een angst hebben om verlaten of afgewezen te worden. Wellicht ligt er bij jou iets anders aan ten grondslag… Ben je op zoek naar erkenning of waardering? Wanneer je je gevoelens onderzoekt kom je erachter wat je drijft en kun je leren op een andere manier in je behoeften te voorzien!


Ik vergeleek dat onlangs met het leggen van je hand op een hete kachel. Stel dat je je hand op een hete kachel legt. Je voelt het wellicht eerst niet maar uiteindelijk begint je hand te branden. Nog een tijdje later trek je je hand ervan af, je bekijkt je blaren en verzorgt ze. Je leert hierdoor dat hete kachels je pijn kunnen doen en je leert ook dat je je hand er beter niet op kunt leggen.


Wanneer je jouw geliefde zijn hand op een hete kachel ziet leggen (stel hij doet iets waar jij niet achter staat) en je zegt: ‘kijk uit die kachel is heet!’ Je trekt wellicht zijn hand hiervan af. En zorgt ervoor dat hem pijn bespaard blijft! De eerstvolgende keer ben je alert op zijn handen en de hete kachel. Je hebt een nieuwe missie die je helemaal in beslag kan nemen! Hem beschermen! Maar wat als je partner geen bescherming nodig heeft? Of zelfs maar wenst?


Mede dankzij jouw hulp leert je partner zelf niet geleerd de hete kachel te vermijden, laat staat te dealen met de gevolgen. Je bescherming maakt hem niet wijzer maar vaak zelfs afhankelijker! En bovendien heeft je partner wellicht helemaal géén last van de hete kachel.  Wat voor de een heet is, is voor de ander prima te dragen! (Ik ken dat uit eigen ervaring: mijn partner heeft het gevoel dat hij verbrand (!) onder de douche, wanneer deze op een voor mij ‘aangenaam warme’ temperatuur staat ingesteld!)  


Het is belangrijk dat we zelf onze eigen hete kachels leren herkennen. Dat we onze eigen oplossingen zoeken. Wellicht wil jouw partner de hete kachel niet vermijden maar doet hij vuurvaste handschoenen aan en vermijd op die manier brandwonden. Of hij ervaart geen brandwonden en houdt de kachel nabij.


Verwachtingen en ideeën over hoe een ander moet zijn, wat de ander moet doen ontaard vaak in een tragische dynamiek waarbij je je enorm machteloos, verdrietig of gefrustreerd kunt gaan voelen! Hou je eigen verwachtingen dus goed in beeld en leer jezelf te beheersen wanneer je je in andermans leven wilt mengen. Zelfs wanneer de ander hierom vraagt!


Mijn motto’s:

  • Ongevraagd advies is geen advies.

  • Hulpvaardigheid en controle: zijn twee zijdes van èèn medaille

  • Blijf af van de ander! Focus je op jezelf!

  • Wanneer je behoefte hebt om een ander te zeggen wat hij moet doen? Vraag jezelf dan af: What’s in it for you??!! Welke behoefte in jouzelf probeer je op deze manier te bevredigen?

Comments


|

bottom of page